Zoeken
Zoeken kan via de modus 'eenvoudig zoeken' (één veld) of uitgebreid via 'geavanceerd zoeken' (meerdere velden). Zo kan je bv. zoeken op een combinatie van een auteursnaam (auteur), een jaartal (jaar) en een documenttype.
Boekenmand
Nuttige resultaten kan je aanvinken en toevoegen aan een mandje. De inhoud hiervan kan je exporteren of afdrukken (naar bv. PDF).
RSS
Op de hoogte blijven van nieuw toegevoegde publicaties binnen uw interessegebied? Dit kan door een RSS-feed (?) te maken van jouw zoekopdracht.
nieuwe zoekopdracht
| one publication added to basket [12954] |
Postlarven en juvenielen van vissen in de macro-planktonvangsten bij lichtschip Texel
Fonds, M.; Boerman, G.M. (1981). Postlarven en juvenielen van vissen in de macro-planktonvangsten bij lichtschip Texel. Interne verslagen Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee, 1981(5). NIOZ: Texel. 22 pp.
Deel van: Interne verslagen Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee. Nederlands Insituut voor Onderzoek der Zee: Texel.
|  |
| Abstract |
A survey is given of the fish eggs, postlarvae and young fish occurring in the macroplankton catches at lightvessel Texel. Fishing in the tidal current at the surface with a course mesh net (2 x 2mm meshsize) during day and night is a very selective way of sampling small fish. Most fish larvae stay at greater depth (10-20),only come to the surface at night, or avoid the net during the day. The monthly mean catches only give a general picture of "relative abundance" of a selected group of "surface dwelling" fish larvae and young fish. Due to the large meshsize of the net, only postlarvae were caught (> 5 mm) and large eggs (2 mm): plaice eggs in winter, pilchard eggs in summer. The monthly average numbers per haul of allfish together show two periods with relatively high number: a) Winter, January to May: mainly herring, plaice, elvers, sandeels, gobies and small pipe fish. b) summer, July to October: mainly horse-mackerels, sprat, pilchard, gobies, dwarf soles=solenettes, lesser weever and many other species. The catches were relatively low in May-June and in November-December. The change in relative abundance of the different fish species, and of all larvae together in Winter and summer from 1962 to 1964, suggests that the winterspecies declined in numbers while the summerspecies increased in numbers. Such changes may have been due to changes in the food supply (Copepods) and/or predation (Medusae) of fish larvae, following the severe Winter of 1962/63. For some selected species some observations are given of the food composition in the stomachs, and of the growth rate estimated from the changing length-distribution. |
IMIS is ontwikkeld en wordt gehost door het VLIZ.
