Over het archief
Het OWA, het open archief van het Waterbouwkundig Laboratorium heeft tot doel alle vrij toegankelijke onderzoeksresultaten van dit instituut in digitale vorm aan te bieden. Op die manier wil het de zichtbaarheid, verspreiding en gebruik van deze onderzoeksresultaten, alsook de wetenschappelijke communicatie maximaal bevorderen.
Dit archief wordt uitgebouwd en beheerd volgens de principes van de Open Access Movement, en het daaruit ontstane Open Archives Initiative.
Basisinformatie over ‘Open Access to scholarly information'.
Diving behaviour of the sperm whale in relation to feeding
Lockyer, C. (1997). Diving behaviour of the sperm whale in relation to feeding. Bull. Kon. Belg. Inst. Natuurwet. Biologie 67(suppl.): 47-52
In: Bulletin van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen. Biologie = Bulletin de l'Institut Royal des Sciences Naturelles de Belgique. Biologie. Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen: Bruxelles. ISSN 0374-6429, meer
Ook verschenen in:Jacques, G.; Lambertsen, R.H. (Ed.) (1997). Potvissterfte in de Noordzee: wetenschap en beheer = Sperm whale deaths in the North Sea: science and management. Bulletin van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen. Biologie = Bulletin de l'Institut Royal des Sciences Naturelles de Belgique. Biologie, 67(Suppl.). Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen: Brussel. 133 + synthese (dutch) pp., meer
| |
Trefwoorden |
Behaviour Behaviour > Feeding behaviour Diving Feeding Marien/Kust |
Abstract |
Potvissen behoren tot de diepst en langst duikende zeezoogdieren. Het onderzoek naar de duikdiepte gebruikt enerzijds indirecte bewijzen zoals verstrikkingen in onderwaterkabels en prooidieren die in de maag gevonden worden, en anderzijds directe bewijzen zoals het opsporen met sonar en het beluisteren van de potvisclicks met behulp van gerichte onder- water-microfoons. Het onderzoek toont aan dat deze dieren dieper dan 1000 m unnen duiken, en misschien zelfs dieper dan 2000 m. De duiktijd kan meer dan een uur bedragen. Meestal voedt de potvis zich met pijlinktvissen, maar ter hoogte van IJsland bestaat zijn dieet hoofdzakelijk uit vis. Vele soorten benthische en diepzee pijlinktvissen zijn enkel gekend van maaginhouden van potvissen. Het mechanisme van de voedselopname is niet met zekerheid gekend. Er bestaat een hypothese die stelt dat potvissen in staat zijn hun prooi te verdoven met een bundel golven die analoog zijn met ultrasoon geluid. Een andere hypothese zegt dat prooien aangetrokken worden door het wit van de tanden in de onderkaak. Eén ding is zeker, namelijk dat de tanden niet worden gebruikt voor het grijpen van de prooi, daar onverteerde prooiresten uit maaginhouden geen bijtsporen vertonen. Het grootste volledige overblijfsel gerapporteerd uit de maag van een potvis was een reuzenpijlinktvis van bijna 10,5 m lengte. Daarenboven zijn dieren met aangeboren afwijkingen of gebroken (maar genezen) onderkaken nog steeds in staat om zich doeltreffend te voeden. De potvis moet ongetwijfeld een of ander krachtig zuigmechanisme gebruiken in de mondzone om de prooi te vangen en door te slikken. Op grote dieptes zal een prooidier niet zichtbaar zijn, behalve als het beschikt over bioluminiscente organen. Prooien kunnen enkel akoestisch worden gedetecteerd, of fysisch, door de tastzin van de potvis of de bewegingen van de prooi die zo waterdrukfronten creëert. Zowel anatomisch als biochemisch onderzoek tonen aan dat de specialisatie van het gebied van het hoofd in een spermaceti-orgaan een dubbele functie zou kunnen hebben, namelijk die van controle van het drijfvermogen bij het duiken en van akoestische localisatie (echolocatie). Ongetwijfeld blijven nog veel vragen onbeantwoord inzake de duik- en voedingsmechanismen bij potvissen. |
IMIS is ontwikkeld en wordt gehost door het VLIZ.