Over het archief
Het OWA, het open archief van het Waterbouwkundig Laboratorium heeft tot doel alle vrij toegankelijke onderzoeksresultaten van dit instituut in digitale vorm aan te bieden. Op die manier wil het de zichtbaarheid, verspreiding en gebruik van deze onderzoeksresultaten, alsook de wetenschappelijke communicatie maximaal bevorderen.
Dit archief wordt uitgebouwd en beheerd volgens de principes van de Open Access Movement, en het daaruit ontstane Open Archives Initiative.
Basisinformatie over ‘Open Access to scholarly information'.
De O2 bindende eigenschappen van het haemoglobine en aspecten van Hb-heterogeniteit van Pleuronectus platessa L. en Pleuronectus flesus L
de Wilde, H. (1974). De O2 bindende eigenschappen van het haemoglobine en aspecten van Hb-heterogeniteit van Pleuronectus platessa L. en Pleuronectus flesus L. Interne verslagen Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee, 1974(5). Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee: Texel. 36 pp.
Deel van: Interne verslagen Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee. Nederlands Insituut voor Onderzoek der Zee: Texel. , meer
| |
Abstract |
1. Een vergelijkende studie werd gemaakt van de zuurstofbindende eigenschappen van haemoglobine van scholPleuronectes platessa L. en bot (Pleuronectus flesus L.)2. Met behulp van een preparatieve electrofocusing techniek zijn de Hb-componenten van bot en schol gescheiden voor het bepalen van de zuurstofbindende eigenschappen van de voornaamste componenten.3. De zuurstofaffiniteit van onbehandeld bloed, direct na bemonstering gemeten, is voor schol hoger dan voor bot, onder gelijke omstandigheden van temperatuur en pH. Het verwijderen van het bloedplasma heeft bij schol en bij bot in mindere mate, verlaging van de zuurstofaffiniteit van Hb in de erythrocyten tot gevolg. Haemolyse van de erythrocyten veroorzaakt een verhoging van de zuurstofaffiniteit van Hb in de erythrocyten tot gevolg. Haemolyse van de erythrocyten veroorzaakt een verhoging van de zuurstofaffiniteit van het Hb. Dit hangt samen met een verdunningseffect van Hb en ook van intracellulaire factoren zoals organische fosfaten.4. De gescheiden Hb componenten van schol vertonen onderling kleine verschillen in zuurstofaffiniteit onder gelijke omstandigheden van temperatuur en pH. Deze verschillen zijn echter niet significant.5. Het Bohr effect is bepaald van gewassen erythrocyten en Hb in oplossing van schol en bot en van de zes voornaamste Hb-componenten van schol.De Bohr-effect index delta log P50/Delta pH, voor schol bedraagt voor de erythrocyten en Hb in oplossing respectievelijk -0,64 en -0,78; voor bot respectievelijk -0,53 en -0,45. De Bohr-effect index voor zes verschillende Hb-componenten van schol variëert van -1,26 tot -1,43.6. Het temperatuur-effect is bepaald van gewassen erythrocyten en Hb in oplossing van schol en bot en van vijf Hb componenten van schol. Het totale temperatuur effect, uitgedrukt als de ogenschijnlijke oxygenatiewarmte, delta H, bedraagt respectievelijk -1,14 and -16,6 kcal/mole voor schol-erythrocyten en Hb in oplossing. Voor bot zijn overeenkomende waarden gevonden van-15,1 and -19,1 kcal/mole. Voor vijf van de voornaamste Hb componenten van schol varieert de delta H waarde van -14,5 to -17,0 kcal/mole. |
IMIS is ontwikkeld en wordt gehost door het VLIZ.