Over het archief
Het OWA, het open archief van het Waterbouwkundig Laboratorium heeft tot doel alle vrij toegankelijke onderzoeksresultaten van dit instituut in digitale vorm aan te bieden. Op die manier wil het de zichtbaarheid, verspreiding en gebruik van deze onderzoeksresultaten, alsook de wetenschappelijke communicatie maximaal bevorderen.
Dit archief wordt uitgebouwd en beheerd volgens de principes van de Open Access Movement, en het daaruit ontstane Open Archives Initiative.
Basisinformatie over ‘Open Access to scholarly information'.
Aspecten van de osmo - en ionenregulatie van de fluwelen zwemkrab, Macropipus puber
van Deijl, L. (1972). Aspecten van de osmo - en ionenregulatie van de fluwelen zwemkrab, Macropipus puber. NIOZ-rapport, 1972(15). Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee: Texel. 32, 17 pp.
Deel van: NIOZ-rapport. Netherlands Institute for Sea Research (NIOZ): Den Burg. ISSN 0923-3210, meer
| |
Abstract |
Met behulp van de vriespuntsdalingmethode zijn de osmotische concentraties van het bloed en de weefselvloeistof van Macropipus puber vergeleken met die van het medium. Hiertoe werden de krabben aan verschillende zoutgehalten geacclimatiseerd M. puber blijkt zoutconcentraties van ong. 14°/oo tot ong. 43°/oo te tolereren. Binnen dit traject past de osmotische concentratie van het bloed en van het weefsel zich aan een veranderde uitwendige osmotische concentratie aan, waarmee deze krab tot de osmoconformers gerekend kan worden. Een eventueel temperatuurseffect werd nagegaan door deze acclimatie aan verschillende zoutgehalten zowel bij 5°C als bij 15°C te laten verlopen. Er zijn aanwijzingen voor een betere regulatie van de weefselvloeistof bij de hogere temperatuur van l5°C. Met de bepaling van het nat-en drooggewicht van het weefsel, werd het watergehalte hiervan berekend. Bij 15°C bleef dit konstant bij veranderend zoutgehalte en bij 5°C nam het watergehalte toe bij afnemend zoutgehalte in het milieu. Het aandeel van respektievelijk electrolyten en organische componenten in de totaalosmotische concentraties van de vloeistoffen werd nagegaan onder andere met behulp van geleidbaar heidsmetingen. In het weefsel bepalen zij hier gezamenlijk ong.2/3 deel van, terwijl de bloedosmotische concentratie voor het grootste deel tot stand komt door de aanwezige electrolyten. De aanpassing van de weefselvloeistof aan een veranderde bloed-osmotische concentratie betreft een intracellulair isosmotisch regulatiemechanisme. Om na te gaan in hoeverre de gemeten waarden uit de weefselhomogenaten. representatief waren voor de werkelijke osmotische concentraties van het weefsel werd met behulp van inuline globaal aangetoond dat het weefselpreparaat ong. 9.5% bloed bevatte. |
IMIS is ontwikkeld en wordt gehost door het VLIZ.